Draadloos kanaal

WiFi / Draadloos kanaal

De pagina "Draadloos kanaal" bevat instellingen voor het Wi-Fi-netwerk van de FRITZ!Box. Daarnaast krijgt u informatie over andere Wi-Fi-netwerken in de omgeving van de FRITZ!Box. Met behulp van deze informatie kunt u minder drukke draadloze kanalen herkennen waarop een hogere gegevensdoorvoer kan worden bereikt.

Instellingen draadloze kanalen

De instellingen voor draadloze kanalen bepalen welk draadloos kanaal de FRITZ!Box gebruikt en bevatten extra instellingen voor het Wi-Fi-netwerk van de FRITZ!Box. U kunt bijvoorbeeld een bepaalde Wi-Fi-standaard instellen of het zendvermogen verminderen.

Insteltype bepalen

De instellingen voor draadloze kanalen kunnen op twee manieren worden ingesteld:

InstellingFunctie
Instellingen draadloze kanalen automatisch uitvoeren (aanbevolen) De FRITZ!Box controleert de Wi-Fi-omgeving en gebruikt automatisch de meest geschikte instellingen voor draadloze kanalen.
Instellingen draadloze kanalen aanpassen Wanneer u deze optie selecteert, kunt u het draadloze kanaal zelf selecteren en extra instellingen configureren, bijvoorbeeld het zendvermogen verminderen.

Regels

Neem de volgende regels in acht wanneer u zelf het draadloze kanaal selecteert:

  • Selecteer een kanaal met zo min mogelijk interferentie of selecteer "Autokanaal", zodat de FRITZ!Box automatisch het meest geschikte draadloze kanaal instelt.
  • In de 5GHz-band ondersteunen veel Wi-Fi-apparaten alleen de kanalen 36 tot 48.
  • Bij gebruik van een kanaal tussen 52 en 140 in de 5GHz-band controleert de FRITZ!Box regelmatig of het betreffende kanaal wordt gebruikt door een bevoorrechte radar (bijvoorbeeld weerradar). Als een bevoorrechte radar wordt gedetecteerd, schakelt de FRITZ!Box automatisch over op een ander kanaal. Wi-Fi-apparaten kunnen dan de verbinding met de FRITZ!Box verliezen.

Andere instellingen

De volgende instellingen zijn beschikbaar wanneer u in de gebruikersinterface "Instellingen draadloze kanalen aanpassen" selecteert. Om de instellingen weer te geven klikt u onder "Instellingen draadloze kanalen aanpassen" op "Andere instellingen".

WiFi-standaard 2,4 en 5 GHz

De Wi-Fi standaard 802.11 werd stap voor stap verder ontwikkeld. Daarom zijn er verschillende 802.11-standaarden, bijvoorbeeld 802.11n en 802.11ac. Als u alle standaarden selecteert, kan elk Wi-Fi-apparaat verbinding maken met de FRITZ!Box. Bovendien kan een Wi-Fi-apparaat dan automatisch de snelste standaard gebruiken die het apparaat ondersteunt.

De standaard 802.11a (5 GHz) neemt een bijzondere positie in. Er zijn weinig Wi-Fi-apparaten die de standaard 802.11a ondersteunen. Kies 802.11n+a alleen wanneer er 802.11a-apparaten met de FRITZ!Box moeten worden verbonden.

Maximaal zendvermogen

Verminder het zendvermogen als uw Wi-Fi-netwerk alleen in uw huis of uw appartement mag worden ontvangen.

WiFi-autokanaal inclusief kanaal 12/13 (frequentieband 2,4 GHz)

Alleen beschikbaar als voor de 2,4GHz-frequentieband de optie "Autokanaal" is geselecteerd.

Activeer deze instelling alleen als alle Wi-Fi-apparaten in het Wi-Fi-netwerk van de FRITZ!Box kanaal 12 en 13 kunnen gebruiken. Sommige Wi-Fi-apparaten (bijvoorbeeld notebooks) kunnen dat niet.

Om de gegevensoverdracht te verbeteren, mogen WiFi-apparaten automatisch bestuurd worden tussen de frequentiebanden 2,4 en 5 GHz en tussen meerdere FRITZ!-producten in de Mesh

Zie "Mesh Wi-Fi steering".

WiFi-coëxistentie actief (2,4GHz-frequentieband)

De FRITZ!Box kan 20- en 40MHz-kanalen gebruiken (volgens de Wi-Fi N-standaard). Wanneer in de 2,4GHz-frequentieband meerdere Wi-Fi-routers op een 40MHz-kanaal uitzenden, leidt dit echter tot interferentie. Activeer "WiFi-coëxistentie actief" om deze interferentie te voorkomen. De FRITZ!Box schakelt over op 20 MHz, als deze een Wi-Fi-router detecteert die in de 2,4GHz-band uitzendt op een 40MHz-kanaal.

In omgevingen zonder Wi-Fi-netwerken of met Wi-Fi-netwerken met een zwak signaal kunt u de instelling deactiveren.

Wi-Fi-kanalen met 160MHz-kanaalbandbreedte toestaan (5GHz-frequentieband)

Verhoogt de maximale radiokanaalbandbreedte van 80 MHz tot 160 MHz en stelt de nieuwste Wi-Fi AC-apparaten in staat met 2x2 antenne-technologie de doorvoercapaciteit te verdubbelen.

WiFi-overdracht voor Live TV optimaliseren

Tv-overdracht die is gebaseerd op het internetprotocol (IP), wordt bij gegevensoverdracht met voorkeur behandeld.

Mesh Wi-Fi steering

Mesh Wi-Fi steering bevat de functies band steering en AP steering (Access Point Steering) en is standaard geactiveerd.

Band steering

Door band steering kan de FRITZ!Box, wanneer een frequentieband intensief wordt gebruikt (vaak 2,4 GHz), dualband-compatibele Wi-Fi-apparaten aanmelden bij een minder drukke frequentieband (vaak 5 GHz). De Wi-Fi-apparaten kunnen rechtstreeks met de FRITZ!Box verbonden zijn of met een dualband-compatibele Mesh Repeater in de Mesh Wi-Fi van de FRITZ!Box, bijvoorbeeld met een FRITZ!Repeater 3000.

Voor band steering moeten het 2,4- en 5GHz-Wi-Fi-netwerk van de FRITZ!Box of Mesh Repeater dezelfde naam (SSID) hebben.

AP-steering

AP-steering is een functie in de Mesh Wi-Fi. Met AP-steering kan de FRITZ!Box een Wi-Fi-apparaat gericht naar een FRITZ!-apparaat in de Mesh Wi-Fi (bijvoorbeeld FRITZ!Box, FRITZ!Repeater) sturen om een verbinding tot stand te brengen. De FRITZ!Box kan Wi-Fi-apparaten ook opdragen naar een ander FRITZ!-apparaat te wisselen om zo de gegevensoverdracht te verbeteren.

AP-steering is mogelijk voor elk FRITZ!-apparaat in de Mesh Wi-Fi, waarvan het Wi-Fi-netwerk dezelfde naam (SSID) heeft als de FRITZ!Box.

Mesh Wi-Fi steering deactiveren

Deactiveer Mesh Wi-Fi steering alleen als er bij een Wi-Fi-apparaat problemen optreden met Wi-Fi-verbindingen. Sommige Wi-Fi-apparaten zijn niet compatibel met Mesh Wi-Fi steering.

  1. Selecteer in de gebruikersinterface "WiFi / Draadloos kanaal".
  2. Activeer "Instellingen draadloze kanalen aanpassen".
  3. Deactiveer onder "Andere instellingen" het selectievakje "Om de gegevensoverdracht te verbeteren, mogen WiFi-apparaten automatisch bestuurd worden tussen de frequentiebanden 2,4 en 5 GHz en tussen meerdere FRITZ!-producten in de Mesh".
  4. Klik op "Toepassen".

WiFi-omgeving

De Wi-Fi-omgeving van de FRITZ!Box wordt weergegeven in twee diagrammen: een voor de 2,4GHz-band en een voor de 5GHz-band. Met behulp van de diagrammen kunt u minder drukke kanalen herkennen waarop een hogere gegevensdoorvoer kan worden bereikt.

Benutting van het actuele draadloze kanaal

De diagrammen geven de belasting weer van de draadloze kanalen die momenteel worden gebruikt, het aandeel van de FRITZ!Box daarin en het aandeel van andere Wi-Fi-netwerken. Onder de diagrammen kunt u de periode instellen (tussen 1 minuut en 7 dagen) waarvoor de belasting wordt weergegeven.

Bezetting van de Wi-Fi-kanalen

De diagrammen geven weer hoe de afzonderlijke draadloze kanalen worden bezet door draadloze netwerken in de omgeving van de FRITZ!Box. Daarnaast worden interferentiebronnen en de door een radar bezette frequenties weergegeven.

Wi-Fi-netwerken beïnvloeden altijd tegelijkertijd meerdere aangrenzende kanalen. Daarom worden meerdere door de FRITZ!Box gebruikte draadloze kanalen weergegeven.

Andere WiFi-netwerken in uw omgeving

De tabel geeft alle Wi-Fi-netwerken in de buurt van de FRITZ!Box weer. U kunt de sortering van de tabel wijzigen, u kunt bijvoorbeeld sorteren op kanaal. Klik daarvoor op de peilen en .